Groene verhalen

Stek je Chinees lantaarnplantje

Het Chinees lantaarnplantje is een echte klassieker. De dunne stengels met hartvormige blaadjes worden langzaam maar zeker steeds langer. Het is een perfect plantje voor op je kast of in een hangpot. Als de stengels te lang worden, kun je ze over het potje heen hangen, waardoor je plant meteen voller lijkt. Of knip de lange stengels af en stek je plantje.

Chinees lantaarnplantje stekken

De leukste manier om het Chinees lantaarnplantje te stekken is met de vlindermethode. Je maakt dan kleine vlindertjes die je in de potgrond steekt, waaruit een nieuwe stengel zal groeien. De vlindermethode gaat als volgt: knip een lange stengel uit de moederplant en verdeel deze in kleine stekjes. Elk stekje hoeft maar een paar centimeter lang te zijn en één setje blaadjes te hebben. Vul een potje met potgrond, waar je wat zand doorheen mengt. Hier steek je de stekjes in. Let op dat je de stekjes op de juiste manier in de grond steekt: de kant die het dichtst bij de wortels was, moet als eerst de grond in. Steek de stekjes zo diep de grond in, dat je alleen nog twee blaadjes boven op de aarde ziet liggen. Dit zijn de vlindertjes waar de methode naar vernoemd is. Zet lekker veel stekjes bij elkaar in een potje, want uit één stekje, zal één sliertje groeien. Hoe meer stekjes in het potje, hoe voller je plantje straks wordt.

Zolang je nog geen nieuwe groei ziet, maak je je stekjes één of twee keer per week vochtig met de plantenspuit. Hierdoor wordt het bovenste laagje van de potgrond licht vochtig, zonder dat alle aarde nat wordt. De grond mag tussendoor best droog vallen. Zodra de stekjes gaan groeien, geef je één keer per week een scheutje water. Zorg er hierbij ook voor dat de grond niet altijd nat is.

Meer volume in je plant?

Met de vlindermethode beginnen de stekjes klein, maar kan je wel een vol potje laten groeien. Wil je meteen meer volume in je nieuwe plantje, gebruik dan de volgende methode: knip slierten van 10 tot 15 centimeter van je moederplant. Haal de onderste blaadjes van de stengel en steek deze zo diep mogelijk in de grond. Zet weer meerdere stekjes in één potje voor een vol plantje. Doordat de slierten al over de rand van je potje hangen, ziet het er meteen goed uit.

Heb je een oudere plant, dan heb je waarschijnlijk wel eens knolletjes aan de stengels zien hangen. Deze knolletjes kun je ook gebruiken om de plant de stekken. Knip de knolletjes los en leg ze op een laagje potgrond. Druk ze hier licht in, zonder ze helemaal te begraven. Het knolletje gaat wortelen en er zal na een tijdje een nieuwe stengel verschijnen.

Een moederplant die kaal is geworden kun je opvullen met nieuwe stekjes. Laat deze stekjes wel eerst in hun eigen potje wortelen. Ze hebben namelijk iets meer water en zorg nodig dan de moederplant. Zodra je stekjes goed aan het groeien zijn, kun je ze bij de moederplant in de pot planten. Zo vullen de kale plekken zich vanzelf.

Zo hou je je plantje gelukkig

Het Chinees lantaarnplantje is een vetplant, al zou je dat niet direct zeggen als je de dunne steeltjes ziet. Toch kan hij veel vocht in het blad en in de knolletjes onder de grond opslaan en heeft hij niet al te veel water nodig. Geef pas water wanneer de grond echt droog is, om te voorkomen dat de steeltjes en blaadjes aan de bovenkant verdrogen en afvallen. Als je plant echt te weinig water krijgt, merk je dat de blaadjes dunner en rimpeliger worden. Geef in dat geval meer water.

Dit vetplantje hoeft niet de hele dag in de zon te bakken. Een beetje direct zonlicht en verder veel indirect licht is ideaal. Heb je geen direct zonlicht op de plek waar jouw plantje staat? Dan zal hij wat langzamer groeien. Alleen als alle blaadjes uitvallen is het belangrijk om te controleren of de grond niet te nat is of dat je plant meer licht nodig heeft.

Is je moederplant te wild geworden, of is de bovenkant kaal geworden, aarzel dan niet om hem terug te knippen. De knolletjes onder de grond zullen weer opnieuw uitlopen en alles wat je afknipt kun je gebruiken om te stekken.

Je Chinees lantaarnplantje kan ook bloeien. Hij is zelfs vernoemd naar deze bloemetjes, die op kleine oosterse lantaarntjes lijken.