Moestuin

Planten stekken: in 6 stappen naar ideale stekjes

Stekken van de aalbes in een pot met vochtig zand Stadstuinieren

Kruiden als lavendel, rozemarijn en salie laten zich goed stekken. Maar ook met de vlinderstruik, vlier, aalbessen en de bekende geranium en fuchsia lukt het heel goed om je planten zelf eenvoudig te vermeerderen door te stekken.

Stekken is een vorm van vegetatieve vermeerdering. Planten hebben de bijzondere eigenschap dat ze wortels kunnen vormen wanneer ze worden afgescheurd of afgeknipt. Dit kunnen we benutten om een nieuwe plant te ‘maken’ uit een stukje van een andere, zonder te hoeven zaaien. Een stek heeft altijd dezelfde kenmerken als de moederplant. Wanneer je de juiste omstandigheden kent, is stekken best eenvoudig!

Welke planten kan je stekken?

Kruiden als lavendel, rozemarijn en salie laten zich goed stekken, net als de vlinderstruik, vlier, aalbessen en de bekende geranium en fuchsia.

Wanneer kan je stekken?

Stekken hebben warmte nodig om worteltjes te ontwikkelen. Het beste stek je dus van lente tot herfst, als de temperatuur meewerkt.

Planten stekken in 6 stappen

Om planten te stekken heb je nodig:

Scherpe schaar of scherp mes
Potjes met potgrond
Eventueel stekpoeder
Een hoge luchtvochtigheid
Geduld

Stekjes van Buddleja (vlinderstruik), salie, salvia, rozemarijn, leeuwenbek en roos Stadstuinieren

Stappenplan Planten stekken

Stap 1 Stekken knippen

Knip een stukje van de plant die je gaat stekken. Het beste neem je een stukje van een scheut van vorig jaar, dat nog niet te veel verhout, maar ook niet te jong en sappig is.

Kopstekken: stekken voorzien van een kop (het groeipunt van een scheut)
Stengelstekken: stukken stengel met verschillende ogen maar zonder kop
Hielstek: een scheutstek met een stukje ‘hout’ (hieltje) dat bij het afscheuren aan de stek blijft zitten. Dit werkt goed bij bijvoorbeeld lavendel en tijm.

Hoe moet je stekken knippen Stadstuinieren

Stap 2 Stekken voorbereiden

Van een jonge scheut kun je meerdere stekjes maken. Als je de hele scheut afknipt, kun je deze onderverdelen in een topstek en een aantal stengelstekken. Je knipt een stek altijd vlak onder een blad, knop of knoop af. Haal de onderste bladeren eraf en laat bovenaan een of twee bladparen zitten.

Stap 3 Stekken plaatsen

Je zet de stekken in een pot of bak met goed doorlatende stek- of potgrond. De grond moet niet te vochtig blijven, omdat de stekken dan kunnen gaan schimmelen en rotten. Houd wat ruimte tussen de stekken, zodat de worteltjes elkaar later niet in de weg zitten. Wanneer je stekpoeder gebruikt, is het handig om gaatjes te prikken waar je de stek in kan zetten, zodat je het poeder niet van de stengel afveegt bij het planten. Hierna druk je de aarde rond de stelen aan, zodat het goed aansluit.

Stap 4 Rustig wachten

Geef de stekken nu water en zet ze op een plaats waar ze de komende weken rustig kunnen groeien. Niet in de volle zon, dan kunnen ze verbranden of verdrogen. Lekker warm, want de bodemtemperatuur is belangrijk voor een goede wortelontwikkeling. Met een hoge luchtvochtigheid, zodat de stekjes niet verdrogen. Om verdroging te voorkomen doe je een doorzichtige deksel of plastic zak over de pot, zodat een vochtig microklimaat ontstaat. Om te voorkomen dat je stekken gaan schimmelen, prik je er een paar gaatjes in en lucht je af en toe.

Stap 5 Stekken controleren

Na een maand (of twee), hebben de stekken waarschijnlijk al een aantal worteltjes gekregen. Nieuwe blaadjes aan de stengel kúnnen erop wijzen dat de stek wortels heeft gekregen, maar soms lopen knoppen ook uit zonder dat er in de aarde iets gebeurde. Bekijk voorzichtig of er een wortelkluitje gevormd is. Wanneer je vertrouwen hebt in het kluitje, dan kan je de stekken oppotten of direct buiten zetten en heb je een nieuwe plant!

Stap 6 Bewonder het resultaat van je fantastische nieuwe stekjes

Na een maand (of twee), hebben de stekken waarschijnlijk al een aantal worteltjes gekregen. Nieuwe blaadjes aan de stengel kúnnen erop wijzen dat de stek wortels heeft gekregen, maar soms lopen knoppen ook uit zonder dat er in de aarde iets gebeurde. Bekijk voorzichtig of er een wortelkluitje gevormd is. Wanneer je vertrouwen hebt in het kluitje, kan je de stekken oppotten of direct buiten zetten en heb je een nieuwe plant!