Voeding voor je pottentuin

Afval is grondstof en plantaardig afval is een uitstekende grondstof voor het maken van … plantenvoeding! Je kunt het proces uitbesteden en je GFT- afval door de gemeente laten ophalen, of je kunt het in eigen hand nemen en de controle over de kwaliteit behouden.

“Ook een balkontuinier kan een kringloop opzetten en eigen plantenvoeding maken”

Een composthoop is een onmisbaar onderdeel van elke zichzelf respecterende biologische tuin, maar zelfs een balkontuinier kan een kringloop opzetten en eigen plantenvoeding maken. Want ook op een balkon past een wormenbak en een bokashi-emmer kun je zelfs onder het aanrecht in je keuken zetten. Beide systemen produceren zowel vaste als vloeibare voeding.

Wormenbak

In een wormenbak laat je je keuken- en tuinafval door wormen omzetten in een hoogwaardige meststof. Je kunt een wormenbak kopen, er zelf een in elkaar knutselen van stapelbare plastic bakken of gewoon een metselkuip of grote pot gebruiken. Belangrijk is dat er wat gaten onderin zitten, zodat overtollig vocht weg kan lopen en de wormen niet verzuipen. Het vocht is (1:10 verdund met water) trouwens een uitstekende plantenvoeding, dus dat kunt je het beste opvangen.

De juiste wormen

Alles wat je verder nodig hebt om een wormenboerderij te beginnen is een handvol rode mestpieren, ook wel tijgerwormen genoemd (Eisenia fetida). Dit zijn de grootste eters onder de wormen en zij zullen daarom het snelst je afval verwerken. Als je iemand met een wormenbak kent, kun je vast wat wormen krijgen, zo niet, kun je bijvoorbeeld op de website www.nudge.nl kijken of er bij jou in de buurt een wormenafhaalpunt bestaat.

De juiste omstandigheden

Verder moet je voor een prettige werkomgeving voor je wormen zorgen: niet te nat, maar wel vochtig. En je moet zorgen voor een regelmatige aanvoer van voeding. De wormen werken het beste bij temperaturen boven de 15 graden en als het onder 0 of boven de 30 graden is, kunnen ze doodgaan. Op een balkon zet je de wormenbak ’s winter het beste in een beschut hoekje en zorg je ’s zomers voor wat schaduw, zodat het niet te heet wordt. Om te voorkomen dat het in de bak te nat wordt, voeg ik af een toe wat karton (zoals in stukken gescheurde eierdozen) toe.

Het eindresultaat: Wormenmest

Als de wormenmest klaar is, is het donker en kruimelig. Ik meng het dan door mijn potgrond, ongeveer een kwart tot een derde van het gehele volume (ik voeg ook altijd wat zand toe aan de mix om de drainage te verbeteren). Als ik de potgrond het jaar erop wil hergebruiken, voeg ik opnieuw ongeveer een derde wormenmest toe. Voor vaste planten, zoals mijn vijgen en bessen, die meerdere jaren in dezelfde pot blijven, voeg ik in het voorjaar enkel een laagje wormenmest toe.

Bokashi

Bokashi maak je in een luchtdicht afgesloten emmer, die je zelfs in de keuken kunt neerzetten. Elke keer dat je een laag keukenafval toevoegt, moet je het besprenkelen met een handjevol van de bokashi-starter (tarwezemelen geïmpregneerd met effectieve micro-organismen) die het fermenteerproces op gang brengen. Een groot voordeel vind ik dat je in de bokashi ook dingen kunt verwerken die in een composthoop niet thuishoren: gekookte etensresten, inclusief vlees. Als de emmer gevuld is, laat ik hem ongeveer twee weken staan, waarna de inhoud gefermenteerd is en gebruikt kan worden. In de tussentijd begin ik met het vullen van een tweede emmer.

Vloeibare voeding aftappen

Tijdens het fermenteren tap ik via een kraantje het overtollige vocht af. Deze ruikt friszuur, net als zuurkool, dat ook een gefermenteerd product is. Het vocht kent vele toepassingen: onverdund kun je het bijvoorbeeld gebruiken als gootsteenonstopper, maar ik gebruik het het liefst verdund met water in een verhouding 1:100 als vloeibare voeding voor mijn planten.

De gefermenteerde inhoud van de bokashi ziet er niet heel anders uit dan de restjes die je er in hebt gegooid, maar de chemische samenstelling is inmiddels veranderd. Om het als bemesting in de tuin te gebruiken moet je eerst een gleuf graven, dan de inhoud van de bokashi erin kiepen en weer afdekken met een laagje aarde. In de grond zal het binnen korte tijd volledig afbreken. Als balkon-tuinier kun je de gefermenteerde inhoud ook verwerken in grotere bakken en potten. Hiervoor breng je in een pot eerst een laag potgrond aan, dan een laag bokashi en dan weer potgrond. Daarna dek je de pot af (met zeil bijvoorbeeld) zodat het niet nat wordt door regen en laat het twee weken ongestoord staan. Daarna is de pot klaar om beplant te worden.

Stadstuinieren 2016-04 – Tekst en fotografie: Vera Greutink

Stadstuinieren

Tijdschrift voor de kweker
Voor balkon, dakterras of moestuin

Jaarabonnement vanaf € 22,50

Abonnement-Stadstuinieren