Het blad van radicchio is behoorlijk bitter maar wel erg lekker als je het combineert met kaas, sinaasappel en walnoten in een salade of gesneden verwerkt in risotto. Je kunt de kropjes ook roosteren en op smaak brengen met balsamico en honing.
Elizabeth David geeft in Italian Food een recept voor gevulde radicchio. Het is een bijgerecht voor ongeveer 6 personen.
‘Je kunt de kropjes ook roosteren en op smaak brengen met balsamico en honing’
Recept: Gevulde radicchio
Dit heb je nodig:
- 3 kroppen radicchio
voor de vulling:
- 12 zwarte olijven
- 6 ansjovisfilets
- 2-3 tenen knoflook
- 6 takjes peterselie
- 50 g broodkruim
- 1 tl kappertjes
- 30 g pijnboompitten
- 30 g rozijnen
- 5 el olijfolie
- versgemalen zwarte peper
extra:
- olijfolie
- 2 ansjovisfilets
- 1 el kappertjes
- 1 grote teen knoflook
- 1 tl suiker
- 50 ml droge witte wijn
Zo maak je Gevulde Radicchio:
- Maak eerst de vulling:
Hak de olijven fijn en snijd 6 ansjovisfilets in stukjes, Hak 2-3 teentjes knoflook en de peterselie fijn. Meng dit samen met het broodkruim, 1 theelepel kappertjes, de pijnboompitten, rozijnen en 5 eetlepels olijfolie. Breng de vulling op smaak met versgemalen zwarte peper. - Snijd de uiteinde van kroppen radicchio. Open ze aan de bovenkant en maak een holte voor de vulling.
Vul de kroppen, druk de vulling aan en vouw ze dicht. Bind er dan een stukje touw om. - Hak 2 ansjovisfilets, 1 eetlepel kappertjes en 1 grote teen knoflook in stukjes.
Verhit een beetje olijfolie in een zware pan, voeg de gehakte ansjovisfilets, kappertjes en knoflook toe en bak kort.
Voeg de suiker toe en schenk er een laagje water van ongeveer 1 centimeter bij. - Doe de radicchiokroppen in de pan. Leg het deksel op de pan en laat een uur zachtjes stoven.
Schenk er de droge witte wijn bij en laat dan nog 10-20 minuten zacht pruttelen. Leg de radicchio op een schaal en schenk het kookvocht erover.
Eet smakelijk!
Meer inspiratie:
Recept: Verse rode zuurkool
Inmaken: Japanse stijl – Tsukemono
Minituin met thema
Sla (zaaien) in de kelder
Stadstuinieren 2018-03 Tekst en fotografie: Marleen van Es